elisee.reismee.nl

Reis mee door Vietnam

De tien dagen die we in Vietnam spendeerden, voelden aan als tien uur. Ondanks dat we onwijs veel gedaan hebben, vloog de tijd als een speer voorbij. Een en al nieuwe indrukken en impressies maakten het een heus avontuur. In deze blog wil ik jullie meenemen op mijn trip door Vietnam.

We kwamen uit Laos en zaten in de bus te hobbelen door Vietnam. De bus reed door de bergen en aan de ene kant zag je hoge groene begroeide bergen en keek je aan de andere kant door je stoffige raampje dan zag je groene rijstvelden. Rijdend door kleine dorpjes met houten/golfplaten/rieten huisjes op palen was er genoeg te zien en het zou dan ook zonde zijn om een tukkie proberen te doen. Het uitzicht maakte de oncomfortabele rit helemaal goed. De rijstijl van de chauffeurs hier is namelijk heel... anders. Regels zijn meer zo van: de grootste en snelste heeft voorrang. En toeteren is hun favoriet. TUUUUT TUUUT, ik kom eraan dus je zorgt maar dat je aan de kant bent. Zo niet, dan TUUUUUUUUT ik nog drie keer zo hard en rijd je bijna aan. Dus dat. De tweede bus van Thanh Hue naar Hanoi was echt drie keer niks: door industrieel gebied in een TE overvolle bus met geen beenruimte was het echt een soort van afzien. Maar uiteindelijk was daar dan Hanoi, de hoofdstad van Vietnam gelegen in het noorden. Heel leuk dat we er waren, maar we stonden alsnog ergens in 'the middle of nowhere' op een verlaten busstation. Fijn, heel fijn, vooral die opdringerige taxichauffeurs om je heen die je tas bijna van je rug pakken.

De eerste verbazing van Vietnam is dus het verkeer. En dan verbazing in het kwadraat. Je loopt op de stoep (als er al nog plek is naast AL die motorbikes) en dan is het prima. Maar dan ga je oversteken. Je denkt: ooh handig een stoplicht! Maar stoplichten hier beteken: groen/i can go, oranje/i can go, rood/i can still go. Dus daar heb je geen drol aan. Voorzichtig zet je een stap naar voren, maar overal zoefen motorbikes langs je heen. Uiteindelijk is het maar gewoon lopen met je ogen dicht in de hoop dat je niet geraakt wordt. En verrassend genoeg gaat dat eigenlijk altijd goed. Of je wacht totdat een Vietnamees ook naar de overkant moet en loop je hem snel achterna. Toch heb je in het begin nog wel een paar paniekmomentjes midden op straat, maar na een paar keer oefenen en geen gekke bewegingen maken, loop je binnen de kortste keren nonchalant naar de overkant. Hanoi is niet echt een stad voor het bezoeken van toeristische attracties, maar het lopen door de stad is een attractie op zich. Je loopt door een steegje met aan beide kanten stalletjes met etenswaar. En dat ziet en ruikt niet bepaald smakelijk. Van rauw vlees tot fruit tot levende vissen. We lopen verder en gaan de hoek om en dan zie je voor je neus een scooter voorbij rijden met twee mensen en een deur; of 3 mensen plus nog twee kinderen; of twee mensen en een tafel; of een chauffeur en 5 biggetjes in een kooi. Letterlijk alles kan hier vervoerd worden op een motorbike, niks is te gek. Verder lopend door de stad ruik je kruidig eten en zie je mensen op plastic stoeltjes en tafeltjes langs de kant van de weg eten genietend van Pho bijvoorbeeld: typical vietnamese breakfast, soort van noodlesoep. De hele stad voelt heel Aziatisch aan en je komt weinig westerse invloeden tegen. Naast Vietnamees kom je ook veel Chinese gebouwen, winkels en tekens tegen.

Na een bbq op het dakterras van het hostel en een te kort nachtje, was het tijd voor Ha Long Bay! Het weer was nog steeds nog beetje aan het opknappen van de onweersbuien die we hebben gehad afgelopen dagen, maar ik liep al weer heel fanatiek in mijn korte broekje. Daar was een Vietnamees vrouwtje het alleen niet mee eens. Toen we zaten te wachten op onze minivan zat ik naast een vrouwtje die fruit zat te verkopen. Ineens had ik twee handen om m'n been heen en dan krijg te horen: 'ooooh big, biggg!' Uh jaa, I know dat ik geen mini beentjes heb zoals iedereen hier. En toen kwam er nog een schreeuw en heel veel Vietnamees gepraat en gelach met de andere vrouwtjes en wijzend naar mijn teennagels. En ja I know, ik kon wel een pedicure gebruiken, m'n nagellak fladderde er af. Al met al was ik blijkbaar een interessante verschijning daar op de vroege ochtend, maar ze bleven wel allemaal heel aardig en lachten om alles. Ha Long Bay zelf was Amazing. We hadden een cheap-ass bootcruise gekozen, maar dat maakt helemaal niks uit voor het uitzicht, alleen voor het eten (wat alsnog goed was) en de gids (die inderdaad geen woord zei). Met de wind door m'n haren (en kippenvel op m'n arm) sta ik bovenop de boot te genieten van de limestone rotsen die uit het water steken. Langzaam komen we dichterbij de 'floating village', waar ook echt mensen wonen in huizen drijvend op piepschuim blokken. Hier hadden we onze kajak break. En we waren niet de enige. Dat zorgde ervoor dat we zelfs hier op het water chaotische verkeerssituaties kregen en op elkaar in 'reden' etc. De rest van de dag was het genieten van het uitzicht en sloten we de dag af met een bezoekje aan een gigantische (UNESCO) grot inclusief lichtshow. Het was een heerlijk dagje en zeker de moeite waard om te bezoeken.

En toen was het al weer tijd om te vertrekken richting het zuiden. Met een hop-on hop-off bus ticket reden we slapend het land door. Sleeping buses zijn ideaal: het scheelt weer een overnachting, scheelt valuable tijd during the day en je kan languit liggen (dus slapen) in de bus. We hadden 4 verplichte stops en de eerste was Hue. Omdat we dezelfde dag nog doorgingen naar Hoi An hadden we drie uur om de stad te ontdekken. Met dank aan Mr. Bi en zijn motorbike skills vloog ik de hele stad door langs allerlei toeristische attracties voordat we weer door moesten. Het was onwijs heet dus een ritje achterop was nog verfrissend ook en we kwamen door de mooiste straatjes/steegjes en paden. Maar onze eindbestemming was toch echt Hoi An dus we gaan weer languit in de bus.

Hoi An is een heel oud en goed bewaard gebleven havenstadje en daarmee ook net zo toeristisch. 's Avonds is het leukste met alle restaurantjes en barretjes aan het water met hun lichtjes en lampionnetjes. Alles reflexteerde ook nog eens in het water. In totaal bleven we daar ook maar twee dagen, maar die hebben we goed besteed. Wanneer je door de stad loopt wordt je omringd door winkeltjes waar je kleding kan laten maken. Van suits tot leren jassen of harembroeken. Het zag er allemaal heel verleidelijk uit om iets perfect passends te laten maken, maar ik heb me kunnen inhouden. We lopen rustig door naar de waterkant en zoeken verkoeling op een terrasje voor een ontbijtje. En dan bestel je een kopje koffie en dan krijg je dit: een glas waarop een soort filter mechanisme staat dat wanneer de koffie op tafel wordt gezet het nog bezig is met 'zetten'. Het klink allemaal heel spannend, maar het resultaat valt vies tegen. De rest van de dag lopen we rustig te snuffelen tussen de souvenirtjes en straatjes en heb ik nog een duik genomen in ons zwembad.

Wanneer je iets koopt hier, is het het zeker waard om te onderhandelen. Toen ik iets wilde kopen en om de prijs vroeg begon ze met 380.000. Ja ammehoela dat gaan we niet doen. Uiteindelijk heb ik het gekregen voor 120.000 dong. Hatsee.

Hoi An ligt aan de kust dus een dagje strand kon niet ontbreken. Na een fiets gehuurd te hebben waagden we ons nu zelf ook in het verkeer. Gelukkig was het hier rustiger dan Hanoi en hebben we het overleefd. Fietsend langs het water en de rijstvelden rijd je door kleine dorpjes wat het tochtje extra leuk maakt. Onderweg kwamen we een energieke Duitser tegen die wel een mooi strand wist te vinden. En dat was het ook! Heel rustig, lekker ligbedden, aardig vrouwtje die een restaurantje daar runde (we mochten zelfs even bij d'r thuis douchen na het zwemmen); helemaal top. Het enige minpuntje was dat we wel de hele dag die Duitser achter ons aan hadden.

Om 5 uur stonden we weer op het busstation voor ons volgende ritje. Uit ervaring weet ik dat het niet prettig is als je net in de bus ligt en je naar de wc moet. Alleen elke wc hier in Azië is weer een verrassing. De ene keer is het wel een 'normale', of toch een hurktoilet. Doorspoelen met een kommetje water of soms helemaal gewoon niet. Heb je pech dan krijg je alleen een richeltje tegen de muur waar het uiteindelijk wel moet wegstromen. Heel onsmakelijk allemaal, maar veel keus heb je vaak niet. Lang leve de desinfecterende handgel voor nog een beetje hygiene.

Next stop: Nha Thrang, beter gezegd: Klein Rusland. Deze badplaats staat vol met gigantische hotels en resort's vol met Russen. Zelfs de lokale mensen spreken hier soms beter Russisch dan Engels. Dit voelt dus niet heel Aziatisch aan als je hier rondloopt. Het voelt sowieso niet zo vriendelijk aan als je hier rondloopt. We hebben deze twee dagen dan ook gevuld met niks doen en chillen aan het strand. De eerste dag hebben we ons nog gewaagd aan een tempel met een gigantische witte Buddha op een heuvel, alleen het was simpelweg te warm om verder nog iets actief te doen. Beach it is then. En dat beviel me prima. Na bijna alle dagen wel druk geweest te zijn, kon ik hier heerlijk van genieten.

Moving on komen we al aan bij de laatste bestemming van Vietnam: Ho Chi Minh City, ook wel bekend als Saigon. Het was weer een vroegertje dus we moesten nog even wachten met inchecken. Na een kleine wandeling kwam ik er al wel achter dat deze stad veel meer Westerse invloeden heeft dan Hanoi. Hier zijn in de oorlog dan ook de Amerikanen en Fransen geweest die vele gewoontes hebben achtergelaten. Waar je in Hanoi alleen Vietnamese zaakjes en restaurantjes vind, kun je hier zo een broodje bij de Subway halen. Ook qua gebouwen is HCMC een veel modernere stad. Hier zie je wel hoge skyscrapers, moderne business offices en grote, luxe hotels. Het toerisme gehalte ligt hier dan ook een stuk hoger dan in het noorden. De eerste dag zijn we naar het War Remnant Museum geweest: hét museum over de Vietnamese oorlog tussen de Vietcong en de Fransen en Amerikanen. Hier hing het vol met foto's over alles wat met de oorlog te maken heeft. Sommige foto's waren echt wel heftig. In VWO-6 was mijn examen onderdeel ook de Vietnam oorlog, maar die stof kwam lang niet in de buurt van wat ik hier allemaal zag. Foto's over hoe Amerikanen de Vietnamezen behandelden, over slagvelden waar het er hard aan toe ging en over de gevolgen van de Amerikaanse methodes van vechten: Agent Orange. Dit chemical zorgde ervoor dat er niks kon groeien waardoor ze beter zicht kregen op de grond en de vietcong zich niet meer konden verstoppen. Wat ze niet door hadden was dat dit zo schadelijk was voor mensen dat tot op de dag van vandaag nog mensen misvormd zijn. Die foto's zeiden wel genoeg over wat voor hel het was in die tijd. Buiten waren tanks en helicopters uitgestald en de verschillende manieren van gevangen nemen nagebouwd. Daar wordt je gewoon spontaan misselijk van. Daar rondlopen is het moeilijk te begrijpen dat het allemaal echt gebeurd is en dat het eigenlijk nog steeds gebeurd tot op de dag van vandaag, alleen dan misschien in andere landen op aarde.

Dat was dus een heftige middag. En de volgende dag gingen we er verder op door: dagtrip naar de Cu Chi Tunnels. Het was ongeveer een uurtje rijden (waar we drie uur over deden) naar het Cu Chi gebied. Dit was tijdens de oorlog compleet verwoest door de Agent Orange. Geen boom stond meer overeind en geen dier leefde daar nog. Rijdend door dit gebied nu zie je wel weer bomen, maar niet zoals wij een bos kennen. De bomen staan hier allemaal in rechte rijen, waardoor je goed kan zien dat ze hier kunstmatig zijn geplant na de oorlog. Cu Chi was de 'free-zone of bombing' voor de Amerikanen. Ze konden niet met bommen landen dus als ze ze kwijt moesten was dit het gebied om ze te droppen. 'Hier zitten toch alleen maar Vietcong, dus dat komt goed uit.' Lopen door het bos zie je dan ook nog vele kraters. Maar waar het om ging waren de tunnels. Als vlucht methode moesten ze wel onder de grond leven en hebben de vietcong een heel tunnel netwerk gegraven. We kwamen aan bij een authentiek stukje tunnel dat nog intact was. De ingang was heel klein en alleen te vinden als je t wist. Onze gids Jackie was een awesome gids en vertelde heel veel verhalen. Van hem mochten we ook de tunnel in. Het was maar iets van 10 meter, maar je zou er 1,5 minuut over doen. Je moest een licht bij je hebben en onthouden: 'first right, second left'. Anders zou je er niet uit komen. Je moest er languit met je armen omhoog in anders zou het niet passen en zou je vast komen te zitten. Eenmaal binnen moest je kruipend vooruit schuifelen. 'First right, second left'. Okee gaan we dan. Mensen met claustrofobie zouden dit niet overleven. Schuifelend over bladeren vooruit, wil je terug dan zou het niet eens kunnen, want er is geen ruimte om te keren. Okay, hier rechts. Shit, licht uit. Niet handig dat touchscreen hier beneden. Okay, splitsing, dan moet ik nu links. Wanneer ik m'n hoofd nog een keer naar rechts draai zie ik wel twintig vleermuizen me aankijken met die kleine oogjes. Ahh, best schattig. Nee door, het wordt steeds benauwder hier dus tijd voor frisse lucht. En jaa, daar was de trap naar boven! Hoe heftig dit kleine stukje al was, moet ik er niet aan denken hoe die Vietnamezen dat deden. Respect voor hoe zij hier konden leven. Het heeft er wel voor gezorgd dat ze niet verslagen werden. Verder lopend vertelde Jackie steeds meer over traps, mines, tanks en de manier van leven toen. Er was ook nog een andere tunnel die ze meer toegankelijker hebben gemaakt voor toeristen. Deze was echter wel 200 meter lang; wel 10cm groter en met verlichting, maar voor mij was die alleen alsnog zeer krapjes wat resulteerde in zere, rode knieën en gigantische spierpijn de volgende dag en de dagen erna. Maar dat had ik er wel voor over. Hoe erg het allemaal is geweest, het was heel interessant om hier heen te gaan en meer te weten te komen en te zien hoe het toen geweest moet zijn. Na alles gezien te hebben kom je er wel achter wat voor nutteloze, vieze oorlog de Amerikanen hebben gevoerd op een hele gruwelijke manier.

Maar we hebben ook vrolijkere dingen gedaan in HCMC. 's Avonds hebben we door de stad geslenterd en kwamen we uit bij het hoogste gebouw van de stad, met een skydeck. Ik weet al niet meer hoeveel verdiepingen die had (m'n geheugen laat me nu al af en toe in de steek na zulke drukke dagen), maar het was hooooog. Waar je ook keek, overal zag je gekleurde neon lichten die de stad prachtig verlichtten.

Het weer hier is zo ontzettend warm en benauwd, dat ik het liefst wel vier keer per dag wil douchen. En zo'n kleine kledingkeuze is ook niet heel makkelijk wanneer je na twee minuten al weer helemaal bezweet bent. Maar dat hoort bij het reizen natuurlijk! If that means I can see the world, I don't mind living out of a suitcase.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!